modele

Eindelijk weer eens een beetje verwend: recensie en interview in het AD

Zaterdag 20 augustus werd ik eindelijk weer eens een beetje verwend met wat aandacht van de media voor mijn iets te vaak als ” lijvig”  omschreven debuutroman. Verwend, zei ik dus – en hoe! Het Algemeen Dagblad wijdde wel anderhalve pagina aan een en ander, in de vorm van een fraaie recensie en een indringend diepte-interview, beide van de hand van Koos de Wilt.

Eerst maar de recensie. Koos gaf mij drie sterren. Ik mailde hem: Je hebt de regels van het journalistieke nepotisme niet geheel onder de knie, zo blijkt. Anders had je me wel vier sterren gegeven. Zijn gevatte antwoord ga ik, om redenen van discretie, hier niet weergeven. Laat ik volstaan met de constatering dat Koos aannemelijk wist te maken dat juist ik de regels van het journalistieke nepotisme niet helemaal had begrepen en dat de ene driesterrenwaardering de andere niet is. En verder drukte hij mij op het hart dat hij in zijn kritiek op mijn roman volkomen oprecht was geweest, dat zijn oordeel overwegend positief was en dat ik verder vooral niet moest zeiken.

Genoeg palaver! De recensie dus.

Wat is de aandoening, het gebrek aan de benen van puberende ik-persoon Jacko of diens obsessie voor een vrouw: Modèle de Reynolds, die hij alleen kent uit een erotisch fotoalbum? Carl Stellweg neemt in zijn debuutroman 549 pagina’s de tijd voor beantwoording van die vraag. De lezer moet zich voorbereiden op een tomeloze reflectie op Jacko’s seksuele kinder(boven)kamer. Het woordgebruik van Stellweg dwingt bewondering af: oorspronkelijk, subtiel, uitputtend en gevarieerd binnen de beperkte gedachtewereld van een vroegwijs joch dat zelfgenoegzaam vaststelt: ‘taal is mijn troostprijs’. Het is tegelijkertijd een zwak van het boek. Ieder personage spreekt met dezelfde tong en rijkdom aan gedachten. Het verhaal komt ook (te) lang niet van de grond. Fraai is de zedenschets van het Nederland van de jaren ’70, ontroerend het portret van de ouders van de hoofdpersoon, grotesk en prachtig zedeloos de wereld van volwassenen – die uiteindelijk weinig verschilt van die van kinderen. ‘Een verhaal over de scheppende én vernietigende kracht van een ideaalbeeld’, voorspelt de flaptekst van het boek treffend. (Compaan, €19,90)

Wat zal ik zeggen? We doen het er mee. Hier het interview:

IEDER MENS ZIJN EIGEN MONSTER

Carl Stellweg schept een romanfiguur met opmerkelijk persoonlijke trekjes: een kinderziel in de verwarde wereld van seksualiteit en schoonheid

Een geplaagde tiener met lichamelijk gebrek, zijn seksuele ontluiking, enig kind in een ruziënd expatgezin in sprookjesachtig buitenland en een kil, benepen Nederland vol wrede kinderen en monsterlijke volwassenen. Oud-AD-journalist, vertaler en schrijver Carl Stellweg publiceerde deze zomer Mijn beeldschone aandoening, zijn debuutroman over een puber in de jaren ’70. ‘Adolescent’ zegt hij zelf.

,,Wonderlijk dat niet meer schrijvers zich op die leeftijd concentreren. Misschien herinneren ze zich hun eigen jonge jaren niet meer,’’ zegt Stellweg (52). Voor hem vormt die overgangsperiode een dankbare bron:

,,Het is een tijd waarin ontwikkelingen duizelingwekkend snel gaan. In een paar jaar maak je duizend keer meer mee dan in de rest van je leven.’’

Portret van je eigen jeugd? Je groeide op in Libanon en keerde als tiener terug naar Nederland onder dezelfde omstandigheden. Alle observaties lijken nogal privé.

,,Ik kan niet ontkennen dat er veel raakvlakken zijn.’’

De ouders, jouw ouders?

,,Het blijft natuurlijk een roman, maar de vreselijke ruzies, het desperate gedrag, het gedrochtelijke, de verkniptheid van de volwassenen en de wanhoop, ik heb het allemaal meegemaakt. Het is voor een kind verschrikkelijk als je ouders elkaar lallend beschuldigen van van alles wat jij niet begrijpt. Hun overgave aan de begeerte, waaraan nooit een einde komt – gevaarlijk terrein waarop mijn ouders zich begaven. Maar ook: er leefde bij hen een onbestemd verlangen naar schoonheid.

Je rekent hardvochtig af met je moeder, de schrijfster Cri Stellweg, die in het boek over een clichématig en overbodig schrijftalent beschikt.

,,Dat heb je mis. Cri was mijn tante, een zus van mijn vader. Niet mijn moeder. Het gaat niet over haar.’’

Jacko, de hoofdpersoon, en de andere kinderen zijn erg volwassen in hun woorden en gedachten…

,,Ik luister ze wel eens af op straat of in het café – fris zijn ze, scherpe waarnemers, waarvan alle zintuigen op scherp staan. Ze gedragen zich merkwaardig volwassen –meer dan volwassenen zich vaak realiseren. In mijn boek wilde ik ze niet als normale adolescenten opvoeren maar als gemythologiseerde figuren. Met zuivere, maar volwassen inzichten. Daar doe ik ze meer recht mee dan met taal van de straat; ik vergroot ze uit en maak ze sprookjesachtig. Ik geef ze wat ze niet helemaal zijn en graag zouden worden. Ik zie ook geen verschil tussen de leeftijd 20 en 80 – heb je ooit iemand horen zeggen dat hij zich eerst een echte zestiger voelt en later een echte 80-jarige? Ik denk niet dat een mens na zijn adolescentie wezenlijk verandert. Als ik iemand van vroeger terugvind op internet, denk ik ook: die is nog precies eender.’’

Jacko wordt gedreven door zijn seksualiteit. Hij valt voor de charmes van drie jongedames. Hun manier van denken is behoorlijk hetzelfde.

,,De drie schonen zijn in wezen de Drie Gratiën, drie zussen uit de Griekse mythologie die de mens moeten inspireren tot het scheppen van schoonheid. Ze zijn gelijkgestemd en zich er totaal niet van bewust hoe ze zich op Jacko werpen.’’

Je volwassenen zijn grotesk en macaber. Neem de scène van de drie volwassenen die de kinderen op hun privé-eiland onthalen. Een van de meisjes wast ‘Kakenmonster’ Klaus, trekt hem zelfs af; Jacko en zijn vriendje Hans-Jürgen steken hun kinderpikjes in een ‘glory hole’ om te pissen op, ja, op wie of wat..?

,,Klaus is een symbool, geen personage. Hij staat voor de driften en instincten die je hebt als je alle fatsoen wegdenkt. Het lage, immorele, de duivel. De aantrekkingskracht daarvan is dat hij de waarheid zegt.’’

Als Jacko veertiger is, ontmoet hij Klaus desondanks opnieuw.

,,Klaus tergt hem in die scène aan de telefoon. Jacko antwoordt beledigend, barst in tranen uit. Er is een band tussen die twee. Het zijn rivalen, ze herkennen zich in elkaar. Klaus is het kwaad, een wraakgodin, en tegelijkertijd een vriend. Kwaad en de duivel zijn relatieve begrippen. Het kwade is kwaad omdat het de context van het goede is kwijtgeraakt.’’

Je oordeelt niet, je roept zelfs begrip op voor het monster Klaus.

,,Ja, het goede is iets reëler dan het kwade. Het is ook geen kwaad boek.’’

Ontucht met pubers, seksueel misbruik van weeskinderen in een tehuis in Albanië, Klaus wordt op eigen verzoek gedood door Jacko. Geen kwaad boek?

,,Als journalist ontmoette ik Hassan al-Toerabi, de geestelijk leider van het vreselijke, radicaal-islamitische bewind in Soedan. De man zelf was hoffelijk, correct, beleefd en onontkoombaar innemend: een goede vermomming? Misschien. Ik heb de illusie te geloven dat hij met al zijn kwaliteiten in een andere situatie het goede zou doen. Iedereen heeft een verlangen om aan het kwaad te ontsnappen.’’

Hans-Jürgen, de idealistische vriend van Jacko, vermoordt uiteindelijk zijn islamitische terroristenbroeders. Hij probeert zich al zijn leven lang los te maken van de hyperseksualiteit van zijn moeder, maar valt als een blok voor straatverkoper Adel. Gaat de liefde voor de moraal?

,,Dat mag de lezer bepalen. Idealisten zijn soms wat sinister. Zij laten zich niet vaak in hun ziel kijken, hun ideaal is daarvoor te overheersend. Misschien waren hij en Adel uiteindelijk de oprechte zielen in de fundamentalistische beweging die hij uitmoordt.’’

De moraal daarvan?

,,Idealisme is gevaarlijk, want absolutistisch. Maar je kunt ook niet zonder.’’

Jacko worstelt met een lichamelijk gebrek en zijn obsessie voor een vrouw die hij slechts kent uit een erotisch platenboek, Modèle de Reynolds. Hoe loopt het met hem af?

,,Hij zal niet loskomen uit wat zijn ouders hem hebben meegegeven. Ook komt hij niet los van Modèle, zijn obsessie. Hij vindt wel het geluk. Iedereen kan het geluk vinden – hoewel je er wel een beetje geluk bij nodig hebt. Alleen: het gebeurt nooit op de manier waarop je had gedacht.’’

Reacties

Vrijheid van meningsuiting is vaak strontvervelend en bestaat dus niet op deze website. Reacties zijn welkom, maar worden door mij gewogen. Ik zie veel door de vingers, maar niet alles. Scheldpartijen worden sowieso geweerd. Seksisme en racisme uiteraard ook.

  1. Koert Jester

    Kan het schrijven van goede romans een beeldschone aandoening zijn? Zo ja, dan valt van Carl Stellweg nog wel wat te verwachten. Van aandoeningen is namelijk medisch vastgesteld: de meeste zijn aangeboren en raken we nooit meer kwijt. De thematiek van het boek doet de lezer ook afvragen: hoe is het om te leven in een tijd waarin we ons steeds vaker moeten afvragen: wat is echt en wat niet? Maar vooral: hoe houden we onszelf overeind?




* Verplicht, email adres wordt niet gepubliceerd